Vermogensplanning
Voor wie?
Vermogensplanning en vermogensstructurering is een belangrijk onderwerp voor particulieren en directeur-grootaandeelhouders (dga’s). De redenen voor een vermogensplan zijn uiteenlopend. Denkt u bijvoorbeeld aan:
- eerder stoppen met werken, vermogensopbouw voor later
- beleggen of sparen in box 3 of in box 2
- voor de dga: dividend uitkeren of niet
- lenen van de eigen BV voor de eigen woning of voor beleggingsdoeleinden
- vermogensoverheveling aan kinderen en de wens om een splitsing aan te brengen tussen economisch eigendom en zeggenschap
- onroerend goed beleggen in box 3 of in de BV
Soms is vermogensplanning niet nodig. Dat is bijvoorbeeld het geval als uw vermogen zo groot is, dat duidelijk is dat u uw financiële doelen eenvoudig kunt bereiken (of al heeft bereikt). In dat geval kan de nadruk liggen op risicobeheersing. Het verliezen van uw kapitaal door te riskante beleggingen kan immers vervelende gevolgen hebben. Stel, u heeft nu 2,5 miljoen euro om van te leven. En er is vastgesteld dat dit voldoende is, maar u zult wel moeten interen. Indien dit vermogen door een beurskrach daalt tot 2 miljoen, kan dat betekenen dat u op termijn niet meer voldoende vermogen heeft om van te kunnen leven. Vermogenplanning is dus ook nadenken over het risico dat u wilt lopen en het rendement dat u nodig heeft.
Eerder stoppen met werken en vermogensopbouw voor later
Op enig moment is het zover dat u stopt met uw werk. Vaak is het pensioeninkomen ontoereikend om op dezelfde voet als nu te leven. Het is belangrijk dat u tijdig in beeld heeft welk pensioen u opbouwt. Dan weet u ook of u tekort komt en hoe u vermogen kunt reserveren om later van te leven. Dat kunt u doen door te reserveren met behulp van fiscale voorzieningen (banksparen, lijfrentesparen, pensioensparen). Uw jaarlijkse reservering is dan aftrekbaar van uw inkomen. De fiscus betaalt mee aan uw pensioenopbouw. Daar staat tegenover dat de uitkeringen te zijner tijd worden belast in box 1. Ook heeft u te maken met strenge fiscale regels en u kunt niet vrij over het gespaarde vermogen beschikken.
Als alternatief kunt u reserveren in box 3 (of desgewenst in box 2). De fiscus betaalt niet mee en u bent, afhankelijk van de keuzes, jaarlijks belasting verschuldigd. Daar staat tegenover dat u volledig vrij bent in de besteding van uw vermogen.
Het hangt van diverse uitgangspunten af welke variant voor u de beste is. Hierbij speelt ook de verhouding tussen rendement en risico een belangrijke rol.
Beleggen in box 3 of box 2
De vermogensrendementsheffing (vaak genoemd: de box 3 belasting) houdt de gemoederen de laatste jaren danig bezig. Dat is begrijpelijk, want de belastingdruk speelt een grote rol als het om uw vermogen gaat. Het hangt van diverse factoren af of sparen of beleggen in box 3 of in box 2 voor u het beste is.
Momenteel is sparen in box 3 fiscaal oninteressant. De rente is vrijwel nihil, maar u betaalt wel belasting over dit spaargeld. Reden waarom veel particulieren een BV of open fonds voor gemene rekening hebben opgericht om daar hun spaargeld te stallen (sparen in box 2). Begrijpelijk, want de jaarlijkse belastingbesparing kan fors oplopen.
Een BV oprichten en aanhouden kost geld. Voor de oprichting is een notariële akte vereist en jaarlijks moet u aangifte voor de vennootschapsbelasting doen en een jaarrekening opstellen. Deze kosten maakt u ruimschoots goed met de belasting die u bespaart in box 3. Een voorbeeld: u heeft € 500.000 spaargeld in box 3. Het rendement is nihil. Het verschil is als volgt:
Bedragen in € | Box 2 (BV) | Box 3 |
Rendement | 0 | 0 |
Jaarlijkse kosten, stel | -750 | 0 |
Fiscaal resultaat | -750 | |
Verschuldigde belasting | 0 | -5.875 |
Netto resultaat na belasting | -750 | -5.875 |
De jaarlijkse besparing is € 5.125 |
Bij grotere bedragen neemt de besparing uiteraard toe. Ter indicatie: €3 mio aan spaargeld aanhouden in box 3 kost u ruim €48.000 aan belasting. Dit bedrag bespaart u door dit geld in een BV aan te houden.
Gevolgen uitspraak Hoge Raad over box 3
Compensatie en regeling voor 2020 tot en met 2022
De Hoge Raad heeft op 24 december 2021 geoordeeld dat het sinds 2017 geldende stelsel van vermogensrendementsheffing (box 3) in strijd is met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Dat betekent dat de ongeveer 60.000 mensen die bezwaar hebben gemaakt tegen de heffing in box 3 over de belastingjaren 2017-2020 gecompenseerd zullen worden via de zogenoemde ‘spaarvariant’. Deze mensen ontvangen automatisch geld terug voor 4 augustus 2022. In de spaarvariant krijgen mensen automatisch rechtsherstel op basis van een nieuwe berekening waarbij wordt aangesloten bij de werkelijke verdeling van spaargeld en beleggingen. Mensen met spaargeld worden belast op basis van de actuele spaarrente. De laatste jaren was dat bijna 0%. Voor schulden wordt aangesloten bij de hypotheekrente en bij beleggingen (effecten, onroerend goed) wordt – net als nu – uitgegaan van het meerjarige gemiddelde rendement voor beleggingen. Herstel geldt ook voor nog niet vastgestelde of opgelegde aanslagen box 3 (o.a. 2020 en 2021). Dit heeft het kabinet in een brief aan de Tweede Kamer bekendgemaakt. Mensen die niet op tijd bezwaar hebben ingediend en waarbij de aanslag al vaststaat krijgen nog geen rechtsherstel.
Regeling 2023 en 2024
Het kabinet stelt daarnaast voor om de spaarvariant uit te werken in een wetsvoorstel zodat deze variant ook geldt voor de overbruggingsjaren 2023 en 2024. Dit wetsvoorstel zal met Prinsjesdag naar de Tweede Kamer worden gestuurd.
Regeling vanaf 2025
Vanaf 2025 komt er een nieuw systeem waarbij de belasting wordt geheven over het werkelijk rendement in box 3.
De dekking voor de extra uitgaven zal waarschijnlijk gevonden worden door belastingverhoging voor vermogenden en ondernemers. Voor hen is het nuttig om een nieuw vermogensplan te laten maken om het vermogen fiscaal optimaal te structureren. Oude omslagpunten gelden straks niet meer.
Voor de dga: dividend uitkeren of niet
Voor de dga wordt de vermogensstructurering nog complexer. Er ligt een wetsvoorstel waarbij geld lenen van de eigen BV fiscaal aan banden wordt gelegd. Dat voorstel, in combinatie met de verhoging van het aanmerkelijk belangtarief, differentiatie in het tarief van de overdrachtsbelasting, maakt een goede vermogensstructurering nog belangrijker dan dit nu al is. Dit vereist maatwerk, want er zijn zoveel variabelen dat iedere situatie op zich beoordeeld moet worden.
Vermogensoverheveling aan kinderen en de wens om economisch eigendom en zeggenschap te splitsen
Als u bij leven vermogen schenkt aan kinderen of kleinkinderen is het soms gewenst dat u zelf de zeggenschap houdt over het vermogen, terwijl de (klein)kinderen het economische voordeel hebben. Dat kan zijn omdat kinderen nog te jong zijn om zelf over het vermogen te kunnen beslissen. Maar soms is een kind of kleinkind wel oud genoeg, maar kan hij of zij toch niet zelf het vermogen beheren. Een goede vermogensstructuur, waarbij u bijvoorbeeld gebruik maakt van een besloten fonds voor gemene rekening, biedt dan uitkomst.
De adviseurs van Schut & Bruggink hebben ruime ervaring met dergelijke vraagstukken en kunnen u inzicht geven in uw mogelijke vermogensontwikkeling en u adviseren over de juiste structuur.
Wilt u meer weten over dit onderwerp?
U bent slechts één klik verwijderd van een goed advies.
Stel ons uw vraag en wij nemen vrijblijvend contact met u op.
Liever bellen?
023 529 98 88